terug naar overzicht

Creatief denken: een omgekeerde brainstorm

27 juni 2019

Techniekonderwijs is bij uitstek geschikt om creatief denken te stimuleren. Maar hoe pak je dat aan?

Het is steeds gebruikelijker om leerlingen een zo echt mogelijk probleem voor te schotelen en ze uit te dagen om met een uniek ontwerpidee te komen. Echter, niet alle leerlingen weten hoe ze het motortje van hun creatieve denkprocessen kunnen aanzetten. De werkvorm “ de omgekeerde brainstorm” uit de nieuwe serie ontwerplessen “ Your Turn– aan de slag als echte ontwerpers” van de TU Delft zorgt ervoor dat ze leren hoe ze gevarieerde en ongewone ideeën kunnen bedenken.

Onderzoek wijst uit dat het vooraf hardop voordoen en demonstreren van de denkstappen bij brainstormen enorm veel effect heeft (Gist 1989). De “omgekeerde brainstorm” werkvorm is gebaseerd op dit principe van demonstreren.

In stap 1 start de docent met het stellen van vragen over de bestaande situatie. Afgelopen week heb ik met een bovenbouwklas uit het primair onderwijs de omgekeerde brainstorm uitgevoerd over een nieuw schoolplein en vroeg ik: Waar denk je aan bij het schoolplein? Wat doe je meestal op het schoolplein? Wie spelen er nu op het schoolplein? Hoe zien schoolpleinen er meestal uit? Al snel ontstond er een lange lijst met woorden, doordat elke leerling wel iets kan verzinnen.

Stap 2 is ‘het tegenovergestelde verzinnen’. De leerlingen verzonnen bij elk woord over het huidige schoolplein, het tegenovergestelde en ik schreef ze met een andere kleur op. Na enige aanmoediging ging de klas helemaal los en kwamen er bijzondere woorden op het bord te staan. Liggen er nu tegels op het plein, het kan ook met piepschuim, water, hout of bubbeltjesplastic. Speel je vaak samen met klasgenoten, het kan ook alleen of met de kleuters. Ga je naar buiten met mooi weer, het kan ook in de storm.

In stap 3 gebruik je de woorden die uit deze omkering te voorschijn komen om nieuwe, unieke ideeën te verzinnen. Dat doe je weer hardop voor. Bijvoorbeeld: “wat als ik nu eens storm, donker en alleen neem, wat voor een onverwacht idee kan ik dan voor het schoolplein bedenken? Wat denken jullie van een ondergronds stelsel van mollengangen? Of een wolk van mist waarin je elkaar kwijt raakt. Waar denken jullie aan bij deze drie woorden?”

Zo kan je klassikaal verder gaan met het verzinnen van ideeën. Ik koos ervoor om de leerlingen na een korte klassikale demonstratie individueel aan de slag te laten gaan met zelfgekozen “tegengestelde” woorden. Je zult merken dat het met deze techniek vrijwel elke leerling lukt om een idee te verzinnen. Vaak is er veel dynamiek, energie en plezier in de groep. Geef bij het langslopen complimenten voor elk idee – ook voor de gewone ideeën. Zelf vraag ik leerlingen die het nog niet makkelijk vinden om bij hun idee nog een nieuw tegengesteld woord te kiezen om hun idee nog aparter te maken. Als vanzelf heeft iedereen door hoe je door te combineren (“forced fit” in de ontwerpliteratuur) op een nieuw idee komt.

De werkvorm Omgekeerde Brainstorm is op allerlei momenten in te zetten in een ontwerpproject. Bij de start, vlak voor het schetsen en maken van een ontwerp of als leerlingen vastlopen en niet op een idee kunnen komen. In onze project gebruiken we hem vaak als eerste brainstorm om los te komen en kiezen we daarna voor rapid prototyping of een andere brainstormtechniek.

De werkvorm omgekeerde brainstorm is onderdeel van de nieuwe serie ontwerplessen “ Your Turn– aan de slag als echte ontwerpers” voor de bovenbouw van het primair onderwijs. Kijk op www.tudelft.nl/yourturn voor meer informatie.

Deze blog verschijnt juni 2019 in het vakblad Terugkoppeling van de NVON: https://www.nvon.nl/terugkoppeling/omgekeerde-brainstorm.

Referenties: Gist, M. E. (1989). The influence of training method on self‐efficacy and idea generation among managers. Personnel psychology, 42(4), 787-805