terug naar overzicht

Gentse experts advisiseren kleuterleerkrachten

10 maart 2011

Vier ontwerpprincipes voor het bevorderen van nieuwsgierigheid en een ontdekkende houding bij kleuters.

Tijdens de bijeenkomst van het kleuterproject ‘Nieuwsgierig? Graag!’, presenteerden de zes deelnemende scholen hun ’Nieuwsgierig? Graag!’-projecten aan elkaar en aan twee Vlaamse experts, Hilde van Houte en Kirsten Devlieger van de Arteveldehogeschool in Gent.

Ook bespraken we vier ontwerpprincipes voor het bevorderen van nieuwsgierigheid en een ontdekkende houding bij kleuters :

  • Begin bij het kind, het lichaam en directe leefomgeving.
  • Laat projecten uit kinderen ontstaan.
  • Zorg voor impressies voorafgaand aan het technisch ontwerpen.
  • Laat een leeruitstap deel zijn van een omvattend leerproces.

1. Begin bij het kind, het lichaam & de directe leefomgeving

De boodschap van Hilde en Kirsten is steeds: ”Leef je in het kind in”. Voor kinderen gaat het om nieuwe onderwerpen waar zij voor het eerst van horen.  Begin daarom bij de kinderen, bij hun eigen lichaam en hun direct leefomgeving. Bij het project over het bouwen van raketten van de Oostpoort school in Delft adviseerde Hilde om op een winderig dag naar buiten te gaan en de wind te gaan voelen.

windy-hair--large-msg-1129920379-2Maak de kracht van wind zichtbaar met een laken tussen de kinderen, lange haren die wapperen in de wind, een openhangende jas of een paraplu die misschien wel wegvliegt. Als een leerkracht vervolgens filmpjes laat zien over eendjes die weggeblazen worden en over vliegtuigen, dan koppelen de kleuters dit aan hun eigen ervaringen en begrijpen ze dat vliegtuigen gebruik maken van de kracht van lucht.  Vooral voor kleuters is het goed om een project over de ruimte, op de aarde te beginnen. Daar leven en wonen wij en dat is onze  directe leefomgeving. Vandaar kunnen vragen ontstaan over de ruimte, hoe kom je daar en wie wonen er?

2. Laat projecten uit kinderen ontstaan

Laat thema’s en projecten zoveel mogelijk uit de kinderen ontstaan. Leerkrachten kunnen dit wel sturen via voorleesboeken, vragen wat kinderen op tv boeiend vinden, door het neerzetten van bepaalde voorwerpen in de klas, door op leeruitstap te gaan of door een bijzonder moment  te gebruiken. Dit is bijvoorbeeld goed gelukt in het project over wc en riolering. Dit project begon met het aanbrengen van een schildering op het raam waarin je een huis met toilet ziet en allerlei buizen onder het huis. Buizen met ‘poepjes’ erin die weer ergens naar toe gaan. Al vrij gauw kwamen drie kleuters kijken terwijl pabo-studente Sandhia aan het schilderen was en ontstond er een gesprek.

foto_schildering_riool

Raamtekening riolering.

3. Zorg voor impressies als voorbereiding op het ontwerpen

In alle projecten die de scholen samen met het Wetenschapsknooppunt Delft ontwikkelen, bedenken kleuters zelf oplossingen. “Hoe breng je dat ontwerp- en maakproces nu op gang?” was een vraag die bij alle deelnemers leefde.

Een greep uit de vragen van de leerkrachten en TU-studenten:

  • Hoe kan ik ervoor zorgen dat kinderen een stevig en waterdicht huis ontwerpen en maken?
  • Hoe kunnen de kleuters in het ridders en jonkvrouwenproject een werkende ophaalbrug met een handige verbinding maken?
  • Hoe laat je kleuters in het boekenproject op het idee van stempels komen?
  • Hoe verzinnen kleuters in een muziekproject uiteenlopende instrumenten?
huis

Voorbeeldfoto’s leveren inspiratie voor de ontwerptekening op het bord.

Maken, verzinnen en ontwerpen begint niet in het luchtledige. Er is een start nodig, een rijke leeromgeving met ontwerpaanleidingen. Dat kan op verschillende manieren zoals werktekeningen,  er op uit in de directe omgeving en het ervaren van een bijzonder ontwerpvoorbeeld.  Impressies geven, noemen Hilde en Kirsten het.

Werktekeningen: Je kan kinderen in de bouwhoek met werktekeningen laten werken. Die bouwen ze na en op die manier leren ze dat een muur door het verspringen van stenen stevig wordt. Je mag als leraar ook ingrijpen. Als kleuters op een schuine ondergrond bouwen waardoor het bouwwerk steeds kapot gaat, stel dan voor om op een stabiele tafel te bouwen. Zelf komen ze dan op het idee om op de grond te bouwen omdat daar meer ruimte is.

De directe omgeving: De vraag is hoe kleuters een brug kunnen bedenken in het kastelenproject. In Delft is toch veel water, reageert Hilde. Al snel bedenken we dat er in Delft veel bruggen te bezichtigen zijn die op verschillende manieren open gaan.

Een bijzonder ontwerpvoorbeeld: Naar aanleiding van een muziekproject vertellen de Vlamingen over Kleinkunstbandjes die met zelfgemaakte instrumenten – vaak uit afval- de meest bijzondere muziek maken. Een school liet bijvoorbeeld zo’n band komen en dit mondde uit in uiteenlopende instrumenten van afvalmateriaal. Albertine die met kleuters muziekinstrumenten gaat ontwerpen, is van plan om een filmpje van een bijzonder instrument te vertonen, een instrument waarin wel tien verschillende instrumenten zijn samengevoegd. Ze hoopt dat kinderen gaan samenwerken en op het idee komen om een combinatie-instrument te maken.

Tijd gunnen:  Geef kleuters de tijd om langer met iets bezig te zijn. Het repareren van het poppenhuis in een Vlaamse kleuterklas duurde weken, zo niet maanden. Annemarie vertelt dat in haar klas de oudste kleuters nu na drie weken spelen met rioleringsbuizen ‘opeens’ begrijpen dat er een verloop moet zijn om het water te laten stromen.

Rem niet af: Het idee dat iets mooi moet zijn of dat een volwassene iets beter even in elkaar kan zetten en  dan de hamer afpakt remt het leerproces enorm af.

4. Laat een leeruitstap deel zijn van een omvattend leerproces

Een leeruitstap is een typisch Vlaams woord en staat voor activiteiten zoals een bezoek aan een bedrijf, een natuurgebied maar ook voor een bezoek aan een straat met gevarieerde huizen. Het woord omvat elke ontmoeting met ’de echte wereld’, klein of groot. Over het vormgeven van een leeruitstap met kleuters hebben Hilde en Kirsten veel adviezen gegeven, teveel om in deze blog een plek te kunnen geven. In een volgende blog gaan we hierop door!

Kirsten Devlieger en Hilde Van Houte maken, samen met een aantal anderen waaronder Thomas Remerie, Jozefien Schaffler, Tom Olllieuz, deel uit van een onderzoeksgroep aan de Arteveldehogeschool. Het gevoerde onderzoek is steeds praktijkgericht en gebeurt in nauwe samenwerking met scholen (meer specifiek kleuterscholen).  Het onderzoek situeert zich meer specifiek rond volgende onderzoekslijnen: wetenschap en techniek, gezondheid en  kunst- en cultuureducatie.

Meer informatie  vindt u op:

Kleuters op verkenning : www.kleutersopverkenning.be/
Techniek voor kleuters: www.kleutersopverkenning.be/techniek/
Wonderzoekjes voor kleuters: www.kleutersopverkenning.be/wonderzoekjes/

Tags: Kleuters, Onderzoekend leren, Leeruitstap